Beste Odd Fellows,
Het kan vriezen en het kan dooien, een gezegde dat de afgelopen weken helemaal bewaarheid werd. Extreem lage temperaturen en sneeuw zorgden voor veel winters vermaak voor jong en oud. Even kwam de coronaproblematiek op de tweede plaats. Maar inmiddels is de wind weer gedraaid. De temperatuur gaat weer omhoog, niet alleen buiten maar ook binnen tijdens vergaderingen en talkshows over corona, met als heikel punt de vaccinatie van alle bevolkingsgroepen. Wie is er wanneer aan de beurt en met welk vaccin, blijft de cruciale vraag. Inmiddels zijn er al enkelen onder ons die de prik hebben gekregen of mogen halen, maar het zal nog wel even duren voordat we allemaal zijn ingeënt en tot zolang zijn we beperkt in onze bewegingsvrijheid. Maar plannen maken voor de toekomst mag natuurlijk wel. Inmiddels heb ik al wat suggesties binnen voor een eventuele herstart van de logeontmoetingen. Maar wanneer we er mee aan de slag kunnen: ik weet het niet!
Daarom laat ik nu Toon Tellegen aan het woord. Hij schrijft de mooiste dierenverhalen over wensen en verlangens en over het hebben van een droom.
Beste Uil,
Wat moet ik doen? Ik wil een toespraak houden, maar ik weet niet waarover.
Ik zeg de hele dag tegen mijzelf: “Wees toch wijzer, muis, houd geen toespraak…piepen dat kun je…houdt het daar toch bij”.
En toch wil ik een toespraak houden, iets belangrijks zeggen.
Iedereen vindt mij dom, dat weet ik zeker.
“Heb je het al gehoord ” Nee? “De muis gaat een toespraak houden “O, wat dom … “Ja zeg dat wel! Dom, dom, dom! “Hij heeft volgens mij niets te zeggen. “Nee, en zeker niet iets belangrijks. Weet je wat ik denk? Nou? Dat hij belachelijk wil zijn”. Dat denk ik ook. Hij is al grijs, dat vindt hij zeker niet genoeg!
Ze hebben gelijk, uil. Dat is het. Ik wil belachelijk zijn. Grijs en belachelijk. Daarom wil ik natuurlijk een toespraak houden. Iedereen heeft dat al lang in de gaten. Maar ik wil tegelijk ook niet grijs en belachelijk zijn. Bewondering afdwingen dat wil ik. Daarom wil ik een toespraak houden.
Vind je me onmogelijk?
En ken jij iemand die zo onmogelijk is als ik?
Ik niet! Wat moet ik doen?
Groeten,
De muis.
Toen de uil de brief van de muis had gelezen, legde hij hem op de stapel brieven met “Wat moet ik doen?” die hij in de loop der tijden van bijna alle dieren had ontvangen.
De olifant die uit alle bomen viel, de beer die niet kon ophouden met taart eten, de egel die eenzaam was, de pad die telkens weer woedend werd en ontplofte…….
Hij nam zich voor ooit, als iedereen hem had geschreven, die brieven allemaal tegelijk te beantwoorden. Hij wist al wat hij dan zou schrijven:
Beste dieren,
Dank u wel voor alle brieven.
U vraagt me wat u moet doen.
Ik weet het niet.
De uil.
Janny van Eck